Sport

“Het zwembad is de plek waar ik al mijn energie kan kwijtspelen”

25 maart 2024
Door: MIJNLEUVEN
Leer Thibaut kennen, een 15-jarige G-sporter die het nog ver gaat schoppen.

Thibaut (15) is een zwemmer met als grote doel naar de Paralympische Spelen te gaan. Hij kan nog maar 2% zien, maar dat houdt hem niet tegen om dagelijks te trainen en hard te werken om zijn droom te bereiken. 

Tekst: Ellen Hermans / Foto’s: Sophie Deforce

Je hebt net training gehad. Hoe voel je je nu?

“Het was een rustige training dus ik ben niet te moe. De woensdag is meestal niet super vermoeiend.”

Hoe ben je begonnen met zwemmen?

“Ik was begonnen met triatlon, dat vond ik wel interessant. Uiteindelijk vond ik zwemmen veel leuker dan het lopen en fietsen en ik had er ook talent voor, dus toen ben ik fulltime beginnen zwemmen.”

Wat vind je het leukste aan het zwemmen?

“Je bent heel vrij in het water. Er is veel variatie tussen de verschillende slagen en oefeningen. Je zwemt alleen en er is toch een groepsgevoel binnen het team.”

Wat is je favoriete slag?

“Vrije slag, dus crawl. En vlinderslag vind ik ook leuk.”

Wat zijn jouw ambities in het zwemmen?

“Het grote doel is de Paralympische Spelen in 2028 of 2032. Momenteel is het doel vooral om mijn tijden te verbeteren. Ik doe nu gewone wedstrijden (dus met mensen zonder een beperking) en wedstrijden met G-sporters. Dit jaar gaan we ook meer internationale wedstrijden doen. De wedstrijden die op de planning staan, zijn het Belgisch en Provinciaal Kampioenschap voor G-sporters, de Flanders swimming cup en de Citi Para Swimming World Series in Berlijn.

Uit een zwemcarrière krijg je niet genoeg geld om van te leven, dus ik ga sowieso hogere studies doen. Het kan niet mijn fulltime job zijn, maar ik hoop wel dat zwemmen een groot deel van mijn leven kan zijn.”

Heb je al veel medailles gewonnen?

“Ik heb er nu denk ik zeven, waarvan vier van het Belgisch Kampioenschap. Dat valt vrij goed mee. Ik ben vooral vanaf vorig jaar echt wedstrijden beginnen doen.” 

Hoe hard moet je werken om zo ver te komen?

“Ik zwem acht keer in de week, twee uur. Dus sommige dagen zwem ik twee keer. Daarbuiten zijn er ook krachttrainingen en kine. In maart ga ik op buitenlandse stage in Lanzarote met andere para-atleten vanuit G-sport Vlaanderen.

Je moet ook een bepaald dieet volgen. Ik moet 6 keer per dag eten om genoeg calorieën binnen te krijgen. Ik mag geen frieten eten en moet veel pasta eten. Het is echt een leefwijze waar je veel discipline voor nodig hebt. Soms sta ik om 6 uur aan het zwembad. Mijn ouders eten hetzelfde dieet en mijn moeder rijdt me overal naartoe, dus ik ben niet de enige die hard moet werken. Het is ook een dure sport. Dus ik ga proberen crowdfunding te doen om te betalen voor de trainingen en de stage.” 

Ik trek me meestal niet zo veel aan van mijn beperking. Ik leef er al 15 jaar mee.
- Thibaut




Zwem je in een team?

“Ik zwem in Brugge in een team met een trainer en andere atleten met een beperking. In Leuven zwem ik in Leuven-aquatics, dat is met mensen zonder beperking en we zwemmen op wedstrijden in de naam van Leuven.”

Hoe combineer je het met school?

“Ik doe halftijds onderwijs, zodat ik overdag tijd heb om te trainen. Dan moet ik wel alles zelf thuis verwerken en dat neemt vrij veel energie, maar momenteel lukt het nog om rond te komen. Ik zit op school in Overijse, dus dat is vrij ver. Volgend jaar ga ik naar school gaan in Leuven of op internaat in Brugge, want veel van mijn trainingen zijn in Brugge.”

Je kan nog maar 2% zien, hoe komt dat?

“Ik heb LCA, dat is een genetische aandoening, waarbij er een afwijking is in het gen RDH12, waardoor mijn netvlies afsterft. Bij de geboorte zag ik meer, want mijn gezichtsveld wordt eigenlijk met de jaren steeds minder.”

Is er een behandeling voor?

“De kans bestaat dat ik ooit volledig blind word, maar de dokters zijn aan het kijken naar gentherapie. Dan gaan ze mijn gezichtsveld eerst stabiliseren, zodat het niet meer achteruit gaat en in een latere fase kan ik misschien zelfs wat meer zien. Het staat natuurlijk nog allemaal tussen haakjes, maar ik heb er zeker vertrouwen in dat ze het ooit gaan vinden. Als het niet voor mij is, dan wel voor anderen. Ik sta er soms bij stil dat ik ooit blind kan worden, eigenlijk ben ik er niet zoveel mee bezig.”

Welke hindernissen ben je tot nu toe tegengekomen?

“In het begin had ik er meer moeite mee dat ik niet veel kon zien, want het was moeilijker om als kind mee buiten te spelen. Daar heb ik op de lagere school toch wat mee gesukkeld. In het middelbaar hebben de mensen rond mij beter door wat ik heb en er zijn ook veel hulpmiddelen dus nu gaat het vrij vlotjes.

Momenteel zie ik nog 2 procent en ik probeer er het beste mee te doen wat ik er mee kan doen. Maar bv gsm lezen wordt vrij moeilijk. In het zwembad gaat het wel beter want je weet hoe lang een lengte is. Ik weet ongeveer waar de muur is en ik zie een beetje waar de lijn is. Op wedstrijden word ik aangetikt dus dan weet ik wanneer ik moet draaien.”

Hoe lukt dat op school?

“Ik doe economische wetenschappen. Dat is niet super gemakkelijk met een visuele beperking, maar het lukt wel. Ik doe alles op de computer. Het beeld wordt dan door een programma voorgelezen. Sommige leerkrachten snappen het iets beter dan anderen. Het loopt momenteel vrij vlot en normaal zal dat in de hogere studies ook zo zijn.”

Wat waren jouw moeilijkste momenten?

“Het is vrij moeilijk als ik slecht nieuws krijg van de dokter. In de winter als ik naar school ga in het donker, dan voel ik echt wel mijn beperking. Maar meestal trek ik me er niet zoveel van aan. Ik leef er al 15 jaar mee, dus het is niks nieuws.”

Ondanks alles zet je toch door. Wat motiveert jou om ervoor te gaan?

“Ik ben altijd vrij actief geweest en het zwembad is echt wel de plek waar ik die energie kan kwijtspelen. En zeker als je ziet dat je er goed in bent, dan blijf je komen”.

Vind je dat je een nadeel hebt tegenover andere zwemmers?

“Het zwemmen voor slechtzienden wordt ingedeeld in drie klassen: zwemmers die nog rond de 80 procent kunnen zien, zwemmers zoals mij die nog een beetje zien, en zwemmers die helemaal niks kunnen zien. Het veld gaat nooit volledig eerlijk zijn, maar het ligt toch vrij even.”

Je bent heel down-to-earth over jouw slechtziendheid. Hoe komt dat?

“Ik heb misschien een speciale beperking maar voor de rest is er niet zo veel speciaal aan mij. Ik ben altijd al zo geweest. Ik had bijvoorbeeld een wedstrijd gewonnen en had geen van mijn vrienden erover verteld. Ik schep niet graag op.”

Hoe zou de jongere Thibaut kijken naar deze Thibaut?

“Ik denk dat die misschien wel geïnspireerd zou zijn. Ik had nooit verwacht dat ik zo veel en goed zou zwemmen, want in het begin deed ik het gewoon voor de fun. Maar ik doe gewoon mijn ding en als anderen dat motiverend vinden is dat alleen maar beter.”

Is er iemand die jou heel erg heeft geholpen?

“Voor het zwemmen is mijn hoofdtrainer Gregory Planckaert een zeer grote hulp geweest. En dan mijn moeder, zij rijdt mij overal naartoe en volgt alles op en zorgt mee voor het dieet. Eigenlijk mijn beide ouders.”

Wie is jouw grootste inspiratie?

“Mijn grootste voorbeeld is Sam de Visser. Dat is ook een zwemmer waar ik mee train en die gaat dit jaar naar de Spelen. Ik wil hem opvolgen.”

Heb je nog tips voor andere jonge/startende (G-)sporters?

“Voor G-sporters: geef niet direct op als de eerste probeersessie niet zo vlot ging. Ik denk dat dat bij iedereen zo is. Voor alle sporters: als je het graag doet, blijf het doen. Als je het niet graag doet, kom dan niet, want sporten moet fun blijven.”

25 maart 2024
Door: MIJNLEUVEN