Jonge doeners

De stem van jonge ondernemers

10 april 2020
Door: MIJNLEUVEN
Aanbevelingen van jonge ondernemers over pop-upmogelijkheden in Leuven.

Lederbewerking, mode, product design, culinair talent: Leuven bulkt van jonge Leuvenaars met goede ideeën, goesting en durf om te ondernemen. Alleen is het als jonge ondernemer niet altijd makkelijk om een eigen zaak uit de grond te stampen: investeren in een handels- of horecapand is immers een grote en risicovolle onderneming. Pop-up mogelijkheden kunnen een deel van dit experiment en een opstart vergemakkelijken, maar die mogelijkheden zijn in Leuven nog te schaars. Tijdens ‘De Stem van Jonge Ondernemers’ legden 30 ondernemende jongeren hun vragen en bezorgdheden voor aan spilfiguren van het economische beleid in Leuven.

Er zijn weinig pop-uppanden beschikbaar in Leuven, ondanks de leegstand in stadsaders zoals de Diestsestraat en Bondgenotenlaan. Nochtans zijn er veel voordelen aan het inzetten op pop-up mogelijkheden voor onze stad.

  • Lokale handelaars (en extra horecaconcepten) zorgen voor beleving in de stad. Leuven voelt nog meer aan als een bruisende stad, wat goed is voor ons stadsimago, zowel voor bewoners als voor dagtoeristen.
  • Voor Leuvenaars is een levendige stad immers een reden om als toerist in eigen stad te vertoeven, waardoor we ook de emigratie naar bijvoorbeeld Brussel en Mechelen kunnen vertragen.
  • Leuven kan bovendien functioneren als retail/horecacentrum in Vlaams-Brabant en zo voor de nodige dagjestoeristen zorgen vanuit heel België, wat een extra opsteker is voor de lokale economie.
  • Via pop-up mogelijkheden kan er invloed uitgeoefend worden op het leegstandsbeheer (d.m.v bijvoorbeeld verlaagde leegstandbelasting)
  • Het is aangetoond dat het stimuleren van ondernemerszin zorgt voor de nodige economische (en dus ook tewerkstellings-) lange termijn gevolgen.
  • Op vlak van duurzaamheid hebben lokale ondernemers tenslotte vaak een streepje voor ten opzichte van grote ketens (bijvoorbeeld inzake levering)

 

De Stem Van Jonge Ondernemers opende met een inspiratiegesprek met twee initiatiefnemers uit andere steden: David Titeca, coördinator van het Oude College uit Tienen, en Tine Mallentjer – oud-coördinator Start-Up to date van de gemeente Berchem. Het gesprek werd in goede banen geleid door Leuvenaar Michäel Cloet, initiatiefnemer achter Camping Flamingo en zaakvoerder van Bar Stan. Beide best practices uit Tienen en Berchem vertelden over hun bestaansrecht, opstart en uitdagingen en legden de verschillen in aanpak bloot. Het Oud College is een privé-project, waarbij het verhuursysteem onderdeel is van een verdienmodel, wat uiteraard implicaties heeft voor verhuurders en hun mogelijkheden. Start-Up to date is een initiatief van de lokale Berchemse overheid, met werkingsmiddelen en een personeelskracht die zowel de brug vormde tussen het gemeentebestuur en de eigenaars als de coördinerende rol uitvoerde om dit pop-up project naar het volgende niveau te tillen. Beide verhalen legden goed de mogelijkheden en uitdagingen in Leuven bloot en waren een mooi opstapje naar de dialoogtafels die in het tweede deel van de avond ontstonden tussen jongeren en beleidsmakers.

Welke pop-up mogelijkheden zijn er voor jonge starters in Leuven en is er nood aan (extra) experimenteerruimte voor handels- en horecapanden? Hoe zorg je als stad voor een overkoepelend administratief en communicatief kader waarbinnen pop-up initiatieven worden gestimuleerd? Wat is de rol van de lokale overheid om vraag en aanbod meer op elkaar af te stemmen? En welke factoren doen de slaagkansen van genomen pop-up initiatieven stijgen? Heel wat vragen die resulteren in enkele aanbevelingen voor Leuvense beleidsmakers.

Hoe zien de drie soorten ruimtes waarover we spreken (handelspand, horecapand, etalageruimte) eruit in een ideaal scenario ? Wat zijn de karakteristieken?

  • Idealiter bevinden de pop-up locaties zich binnen de ring van Leuven, liefst op één van de handelsaders en dichtbij het centrum;
  • De panden zijn liefst groter dan 75m2, voorzien van een stockageruimte en technisch in orde (elektriciteit/brandveiligheid/water/wifi);
  • Als een ruimte flexibel kan ingevuld worden (voor verschillende functies), is dat een groot pluspunt;
  • Voor een horecapand zou een uitgeruste basiskeuken en -bar (en eventueel interieur zoals tafels en stoelen) aanwezig moeten zijn.
  • Visibiliteit langs de straatkant (en dus de aanwezigheid van een etalage) is belangrijk. Voor een pop-up horecapand komt daar ook de mogelijkheid van een terras bij.
  • Inzetten op enkel etalageruimte (voor starters die niet de mogelijkheid hebben om fysiek in een winkel te staan) is ook een interessante piste: zowel bij bestaande handelaars als in een op zichzelf staande etalage. Deze laatste optie kan zeker ook openbare plaatsen opwaarderen.
  •  Op lange termijn is het goed rekening te houden met de mogelijkheid om ook andere soorten ruimtes onder hetzelfde dak te huisvesten, zoals consultatie-/atelierruimte, workshopruimte, ruimte voor evenementen, enz.

 

Voorwaarden voor (jonge) starters

Niet elke (jonge) starter met een idee moet zomaar aanspraak kunnen maken op een pop-uppand. Het is belangrijk om goed na te denken over welke concepten in aanmerking komen.

  • Op ondernemen staat geen leeftijd, dus dit moet geen voorwaarde zijn. Het idee primeert. Wel is het belangrijk ook expliciet jonge starters de kans te geven om van de pop-up mogelijkheden gebruik te maken;
  • Een goed concept en ondernemingsplan moeten een voorwaarde zijn om een pop-uppand te kunnen betrekken;
  • Een jury kan selecteren wie in aanmerking komt om met een pop-up te starten. Het is belangrijk dat er een selectieprocedure is en dat kan op basis van een ondernemingsplan (weliswaar niet zo streng als bij financiële instellingen);
  • De verhuurders moeten effectief de ambitie hebben om op te starten: het hebben van een ondernemingsnummer is dus een minimumvoorwaarde;
  • Misschien moet er wel een limiet gesteld worden aan hoe lang ondernemers al actief mogen zijn om aanspraak te kunnen maken op een pop-upruimte. Max. één tot twee jaar actief sinds de aanschaf van het ondernemingsnummer?
  • Een mooi, divers aanbod moet ook gehandhaafd worden, alsook een oog voor waardegedreven (socio-culturele/duurzame) concepten.

Realistische verhuurformules

Jonge ondernemers vinden het belangrijk dat de pop-upruimtes een realistische ervaring kunnen bieden. De panden moeten dus niet per se gratis aangeboden worden: het is immers de bedoeling dat deze ervaring een geloofwaardige opstap is om nadien helemaal zelfstandig in de ‘echte’ wereld op te starten. De jonge ondernemers geven aan dat verschillende verhuurmogelijkheden dit realistisch kader kunnen bieden:

  • Werk met opbouwend tarief. De eerste drie maanden is de huurprijs laag, nadien wordt deze telkens een beetje verhoogd. Zo bouw je toe naar wat je later echt zal moeten betalen en kan je een realistische inschatting maken van wat je werkelijke kosten zullen zijn.
  • Een 1-3-6-contract (in weken of maanden) kan een goede formule zijn om te testen of een handelsconcept al dan niet aanslaat. Voor een horecaconcept is wellicht een langere periode nodig.
  • De huurprijs van het pand bedraagt bv. 10 % van de omzet (naar analogie van een formule die Starterslabo hanteert).
  • Sommige panden moeten voor langere termijn uitgetest kunnen worden (bv. 5 jaar).
  • Zoals reeds vermeld: sommige starters zijn enkel op zoek naar visibiliteit en hebben geen volledig pand nodig. Voor hen is toegang tot etalageruimte voldoende. 

Een zeer belangrijke kanttekening hierbij is dat een winstmodel binnen dit verhuursysteem dus een dooddoener is voor de vooropgezette verhuurfomules. De verdienreflex van privé-eigenaars moet dus opgevangen worden op een andere manier; hier zien de jonge ondernemers een belangrijke regulerende rol voor de stad.

Factoren die slaagkansen doen stijgen en dalen: aanbevelingen voor het lokaal beleid

De ene pop-up is een succes, de andere niet. Wat kan de stad doen om succes in de hand te werken?

  • De locatie is belangrijk. Zoals reeds aangegeven ligt het pand idealiter in het centrum van Leuven, toch zijn er ook mogelijkheden binnen de deelgemeenten. Passage is alvast een uitdrukkelijke randvoorwaarde;
  • De pop-up locatie moet toegankelijk (en laagdrempelig) zijn. Bovendien kan de aantrekkingskracht van het pand an sich (een architecturaal interessant gebouw) voor extra bezoekers zorgen;
  • Er komt veel extra rompslomp kijken bij het technisch in orde stellen van pop-up locaties (keuringen, vergunningen, enz.): de procedure hierrond moet duidelijker en toegankelijker gemaakt worden;
  • Als je met andere ondernemingen een pand deelt, is er makkelijker sprake van kruisbestuiving. Bovendien sta je samen sterker en kan je meer klanten trekken.
    • Een grote ruimte, zoals bv. Hal 5 waar ook workshopruimte of vergaderlokalen zijn en er ruimte wordt gecreëerd voor een socio-culturele insteek, is voor alle partners interessanter. Het Ikeapand op de Bondgenotenlaan of de oude Maroq-Unie in de Tiensestraat zijn interessante mogelijkheden.
  • Ook beleving is cruciaal, want dit zorgt voor extra passage, bijvoorbeeld door het organiseren van evenementen in en rond de pop-up locatie. Zorg dan ook dat dit mag gebeuren!
  • Vraaggestuurd en organische groeien lijkt voor de jonge ondernemers ook een belangrijke voorwaarde van succes. Geen topdown gegeven, maar een project dat gedragen wordt door de gebruikers, waar ruimte is voor ad hoc kansen en een dynamische besluitvorming.
  • Begeleiding is cruciaal. Er zijn zeker mogelijkheden binnen het Leuvense ecosysteem, maar nu is er vaak nog onduidelijkheid over verantwoordelijkheid en aanspreekbaarheid (bv. het verschil tussen Studio Start en MIJNLEUVEN).
  • Communicatie is erg belangrijk om de slaagkansen van een pop-up te verhogen. De pop-up locatie moet op zichzelf al een sterk merk zijn, waar de (jonge) starter gebruik van kan maken.
  • De panden waar pop-up initiatieven wel mogelijk zijn, zoals Pop-Start en Studio Start, zijn helaas niet altijd gekend bij potentiële gebruikers. Er is dus nood aan een centraal aanspreekpunt. Een coördinator of loket waar vraag en aanbod bij elkaar komen. Dat aanspreekpunt kan zowel informeren over beschikbare panden als duidelijk maken wat er administratief allemaal in orde gebracht moet worden.
  • Er zijn dus verschillende overkoepelende taken voor alle pop-up mogelijkheden binnen de stad. Dit is uiteraard een niet te onderschatten takenpakket en vereist zeker een voltijdse invulling: centraal aanspreekpunt, dagelijks beheer, communicatie enerzijds, maar bijvoorbeeld ook het sensibiliseren van privé-eigenaars (zij spreken immers liever met de stad, dan rechtstreeks met pop-up gebruikers).
  • Tenslotte lijkt een eigenaarsrol voor de stad (voor de pop-up locaties) het meest ideale scenario om op een neutrale manier (jonge) starters een eerlijke kans te geven wanneer ze het opstartexperiment voor een handels- of horecazaak willen aangaan. Zowel in functie van de verhuurformules, maar ook gezien de technische vereisten, is dit volgens de jonge ondernemers een belangrijke voorwaarde voor het succes van het pop-up beleid in Leuven.
10 april 2020
Door: MIJNLEUVEN