Samenleving

Brood(doos) nodig

14 december 2022
Door: MIJNLEUVEN
Leuven wil lege brooddozen op school aanpakken en stapte mee in het project brood(doos)nodig. Mediacrew'er Tine zocht er alles over uit.

Eten is nodig om te leven, ook op school. Heel veel leerlingen hebben niet genoeg eten mee naar school en dat kan ervoor zorgen dat ze zich minder kunnen concentreren en kan ook leiden tot slechtere prestaties. Om iedereen op school gelijke kansen te geven, moet de voedselongelijkheid in de scholen worden aangepakt. Daarom lanceerde de vzw Enchanté het project Brood(doos)nodig. 

Tekst: Tine Reynaers / Illustraties: Veronika Shvets

Brood(doos)nodig is een project dat steunt op sponsoring van ouders, bedrijven en andere participanten. Met het geld proberen scholen op verschillende manieren ervoor te zorgen dat leerlingen genoeg eten hebben. Na een testfase in verschillende scholen in Gent vorig jaar, is het project nu ook verder uitgerold naar andere steden, waaronder Leuven. Ik sprak met Kim Swyngedouw, coördinator bij de vzw Enchanté, en Marlieke Bender, projectverantwoordelijke bij de Stad Leuven. 

Hoe is het project Brood(doos)nodig juist tot stand gekomen?

Kim: “De grootste trigger om actie te ondernemen was voor ons de bekendmaking van armoedecijfers in Gent. Ongeveer 1 op de 4 Gentse leerlingen bleek een lege brooddoos mee naar school te hebben. Een combinatie van verontwaardiging over dergelijke cijfers en een groot solidariteitsgevoel dreef vzw Enchanté ertoe een oproep naar de samenleving te doen. Via een kleine of grote bijdrage worden leerlingen die het nodig hebben op een maaltijd of tussendoortje getrakteerd. In 2021 werd dit project reeds in 10 Gentse scholen opgestart als test. Al snel kwamen vragen tot opschaling vanuit heel Vlaanderen en plots was het project “Brood(doos)nodig” geboren.”

Brood(doos)nodig wil voedselongelijkheid verhelpen om aan elke leerling gelijke kansen in het onderwijs te bieden. Hoe doen jullie dat?  

Kim: "Talloze onderzoeken hebben al aangetoond dat leerlingen met honger zich minder goed kunnen concentreren in de klas. Bijkomend vertonen ze vaak nerveuzer gedrag, waardoor zowel communiceren als vrienden maken een extra uitdaging wordt. We hebben ook al opvallende verschillen gezien in het gedrag van leerlingen in scholen waar bijvoorbeeld gratis soep wordt aangeboden. De leerlingen kunnen via dergelijke initiatieven grotere veerkracht en zelfredzaamheid ontwikkelen om zo uit de vicieuze cirkel te geraken."   

Het project heeft als doel om zowel een volle als een voedzame brooddoos te bieden aan iedere leerling. Hoe belangrijk is de rol van voedzaamheid binnen het project?

Marlieke: "De stad Leuven en voedingsorganisatie Rikolto streven inderdaad naar voedzame en duurzame voeding. Er zit namelijk een groot verschil in de brandstof die je uit bepaalde voeding kan halen. Zo zijn trage suikers beter dan snelle suikers om een hele dag geconcentreerd te blijven en hebben verse groenten een positief effect op de ontwikkeling van kinderen. Om deze reden proberen wij scholen te motiveren om bijvoorbeeld lokaal fruit aan te kopen, zodat er een gewoonte wordt gecreëerd om steeds naar duurzame en voedzame alternatieven te zoeken. Uiteraard blijft een goed gevulde brooddoos de eerste prioriteit en is het positieve effect van voedzaam- en duurzaamheid mooi meegenomen."

Kim: "Dit is zeer afhankelijk van de context waarin de school zich bevindt. In scholen met een hogere kwetsbaarheid, zoals bijvoorbeeld in Vilvoorde, zijn wij al erg blij dat er volledige maaltijden worden aangeboden. Het streven naar voedzame maaltijden is hier pas de tweede stap. In andere scholen met minder hoge kwetsbaarheid kan dit wel vanaf het begin een streefdoel zijn."

 

Hoe hebben de scholen in Gent gereageerd tijdens de pilootfase van het project? Was er meteen veel enthousiasme van scholen om deel te nemen?

Marlieke: "We zien in de eerste plaats dat geen enkele school de problematiek ontkent. Bijna alle scholen lijken het probleem te herkennen en ook de nood aan initiatieven te voelen. Toch verschilt het enthousiasme om aan Brood(doos)nodig deel te nemen van school tot school. Terwijl verschillende scholen hier zeer enthousiast hun prioriteit van maken, geven andere scholen aan dat ze onvoldoende personeel ter beschikking hebben om hieraan mee te werken. De samenstelling van scholen en het al dan niet aanwezig zijn van zorgjuffen speelt hier een erg grote rol. De stad Leuven en Rikolto zijn zich hier bewust van en we proberen daarom de werklast zo laag mogelijk te houden en scholen voldoende te begeleiden bij de instap."

Kim: "Wij merken toch dat het enthousiasme relatief hoog is. In Brugge zijn laatst 6 scholen aan het project begonnen en slechts 2 weken later kregen wij van 8 andere scholen een aanvraag om te mogen instappen."

Het project loopt nu ook in verschillende Leuvense scholen. Is het hier ook zo’n groot succes?

Marlieke: "In Leuven zitten we in een opstartfase waarbij al 4 scholen zijn aangesloten: de Zevensprong, de kleuterschool van het Heilig Hart in Heverlee, het VTI en het Miniemeninstituut. Momenteel lopen er ook nog enkele gesprekken met geïnteresseerde scholen, dus hopelijk kunnen we dit snel uitbreiden."

Scholen krijgen heel wat ruimte om het project zelf nog concreet in te vullen. Op welke manier doen de meeste scholen dat?

Marlieke: "We zien dat scholen hier erg divers en creatief mee omgaan, zodat het project perfect binnen hun school past. De Zevensprong gaf bijvoorbeeld in het verleden al 1 keer per week gratis soep en probeert hier via het project 2 keer van te maken. Andere scholen introduceerden een “winkeltje”, waar leerlingen hun eigen brooddoos kunnen vullen vooraleer de school begint. Het is erg fijn om te zien hoe scholen het project naar eigen noden invulling geven via nieuwe creatieve ideeën."

Er blijft een groot taboe rond voedselongelijkheid bij leerlingen hangen. Zowel bij scholen, leerlingen als ouders kan een gevoel van schaamte aanwezig zijn wanneer er onvoldoende eten in de brooddoos zit. Hoe kan het project dit taboe doorbreken?

Kim: "Hier spelen brugfiguren en zorgjuffen een grote rol. Zij kennen de situaties van de leerlingen erg goed en kunnen via een vertrouwelijk gesprek de mogelijkheden en initiatieven uitleggen. Verder proberen wij ook samen met scholen na te denken over hoe de communicatie het best kan verlopen. Ook dit is erg schoolafhankelijk, de ene school zet in op individuele gesprekken, terwijl een andere school eerder gesprekken op klasniveau of infoavonden met ouders zullen organiseren om bewustwording rond de problematiek te creëren."

Marlieke: "We proberen ook zoveel mogelijk initiatieven tot stand te brengen waarbij de doelgroep niet wordt geviseerd, zoals het gratis aanbieden van soep voor iedereen. Zo wordt bijvoorbeeld ook soms een fruitabonnement betaald voor de personen die het niet kunnen betalen zonder dat andere leerlingen hier iets van zullen opmerken."

Boord(doos)nodig steunt op vrijwillige bijdragen. Van welke doelgroepen krijgt het project de meeste steun?

Kim: "Dat varieert zeer sterk van school tot school. Zo zijn er scholen die aan het begin van het schooljaar de optie geven aan alle ouders om via de schoolfactuur een kleine bijdrage te leveren, zodat de middelen hier voornamelijk van andere ouders komen. Naast de ouders zien dat ook dat leerkrachten zelf vaak doneren, alsook grotere bedrijven die het project in het algemeen willen steunen."

Marlieke: "De goede samenwerking tussen Rikolto, de stad Leuven, vzw Enchanté en de scholen biedt hier zeker een groot voordeel. Enchanté zoekt voornamelijk naar grote partners die het project willen ondersteunen. Zo verkoopt supermarkt Lidl bijvoorbeeld stickervellen om een brooddoos te pimpen en vervolgens met dat geld een andere brooddoos te kunnen vullen. Deze samenwerking in combinatie met de juiste lokale begeleiding maakt het project zo succesvol."

Het succesvolle initiatief is ondertussen uitgerold naar verschillende steden en ook steeds meer en meer scholen lijken zich aan te sluiten. Wat brengt de toekomst nog voor Boord(doos)nodig?

Kim: "Er zijn zeker nog plannen om het project verder op te schalen. Tegen 2024 zouden we graag de taalgrens oversteken richting Wallonië. Momenteel zijn we al volop bezig met het vertalen van al het materiaal naar het Frans, zodat het project ook in Wallonië een groot succes kan worden. Naast Wallonië lopen er momenteel ook plannen om het project op te starten in Brussel, Genk en Blankenberge. Het project is overal broodnodig en een verdere uitbreiding is zeker een doelstelling.

Uiteraard is onze grote droom om gratis maaltijden aan te bieden aan elke leerling op school. In de Scandinavische landen is dit reeds het geval."

Marlieke: "En zo lang deze droom geen werkelijkheid wordt, blijven wij Brood(doos)nodig verder uitbreiden. We moeten namelijk ergens beginnen. In Finland zijn ze ook begonnen met het uitdelen van gratis soep om zo stapsgewijs uiteindelijk gratis maaltijden voor alle leerlingen aan te kunnen bieden. Tot dan zijn wij er zeker oké mee om een druppel op een gloeiende plaat te zijn."

Alle info over het project vind je op de website van brooddoosnodig. Mediacrew'er Veronika liet zich alvast inspireren door het onderwerp en maakte er twee illustratie over. 

14 december 2022
Door: MIJNLEUVEN

Raf Tubbax

media & storytelling
016 27 27 69