Advies 5: Geluidsnormen in jeugdhuizen

26 april 2016
Door: Kabinet J
De Leuvense jeugdhuizen en Kabinet J bundelen in hun krachten in de strijd tegen de geluidsnormen.

Jongeren bouwen al eens graag een feestje en een jeugdhuis is een ideale plek om je eerste stappen in het uitgaansleven te zetten. Een jeugdhuis is voor vele jongeren dan ook een vertrouwde plek waar ze heel wat plezier beleven maar waar ze eveneens ontzettend veel leren. Dat veel jongeren in een jeugdhuis leren een knalfuif organiseren is dus geen toeval. Al lijkt dat laatste steeds vaker wel het geval te zijn. Want hoewel jeugdhuizen wel een goed contact met de buren willen onderhouden en ze helemaal achter het idee staan om gehoorschade bij andere jongeren aan te kaarten én hier samen tegen te strijde, zijn de recent ingevoerde geluidsnormen voor vele jeugdhuizen de drempel te veel om fuiven en concerten te organiseren.

De normen zorgen voor een grote extra verantwoordelijkheid en zetten vaak een domper op een evenement, want alles moet stiller….Zo stil dat in een gewoon jeugdhuis, waar er geen extra geld is om dure onderzoeken te laten voeren om geluidsinstallaties het beste van zichzelf te laten geven, een dansfeest steeds vaker op een receptie lijkt. Niet alleen feestjes maar vaak ook repetities, jamsessies of optredens van bepaalde muziekgenres moeten wijken voor de geluidsnormen. Een zeer jammere zaak want al doende leren jongeren in jeugdhuizen correct omgaan met geluid.

Kabinet J trok naar de Leuvense jeugdhuizen om naar hun verhaal te luisteren en samen naar mogelijke oplossingen te zoeken. We legden ons oor ook bij de milieudienst van de stad te luisteren, om zo de regelgeving en het bredere kader beter te kunnen begrijpen. In wat volgt kan u het verhaal van de impact van de geluidsnormen op de werking van de Leuvense jeugdhuizen lezen, alsook oplossingen die we samen met hen naar voor schuiven.

Invloed van de geluidsnormen op de werking van de jeugdhuizen

1. Positieve effecten
In de inleiding werd het al vernoemd: een van de belangrijkste redenen om de geluidsnormen in te voeren is het beperken van gehoorschade. Alle jeugdhuizen scharen zich achter dit idee en willen hier graag aan mee helpen door bijvoorbeeld ook oordopjes uit te delen en ter beschikking te stellen tijdens evenementen. Te luide muziek is niet alleen slecht voor de oren, het maakt een feest ook wat minder aangenaam. Daarnaast geeft de meetinstallatie de jongeren een gevoel van controle te hebben over het hele gebeuren. Ze kunnen immers zelf opvolgen hoe luid het er aan toe gaat en zelf tijdig ingrijpen, voor er politie aan te pas hoeft te komen. Al vinden ze een goed contact met de politie uiteraard belangrijk.

Hierdoor weten ze bijvoorbeeld dat er bij een eenmalige overtreding niet meteen een boete in de bus zal liggen, de politie blijft hier redelijk in en communiceert dat ook zo met de jeugdhuizen.

Maar eerlijk is eerlijk, een verbod op meezingen invoeren zou te belachelijk voor woorden zijn.

2. Effect op sfeer
Een knalfeest dat met een volle dansvloer zijn hoogtepunt zou bereiken maar ineens meer op een receptie lijkt, is geen uitzondering meer sinds de invoering van de geluidsnormen. Wanneer de muziek nog hoorbaar is en iedereen zingt eens mee, dan worden de normen ook overschreden. Maar eerlijk is eerlijk, een verbod op meezingen invoeren zou te belachelijk voor woorden zijn. Heel vaak moet de muziek stiller (en nog een paar keer stiller) worden gezet wat er voor zorgt dat muziek op de achtergrond verdwijnt, dat de gasten beginnen te zeuren dat de muziek amper hoorbaar is omdat ondertussen iedereen gestopt is met dansen en beginnen babbelen is (wat de muziek dan weer nog meer op de achtergrond verdringt enzovoort).

Hoewel we hierboven vermeldden dat de meetinstallatie de jongeren een gevoel van controle geeft want ze kunnen aantonen dat het te luid is, geeft hen dat ook een extra last mee. Er wordt verwacht dat ze de geluidsmeter constant goed in het oog houden en dat ze wanneer het te luid is ook de nodige mensen hierover aanspreken, wat hen in een onaangename rol duwt. Bovendien komt dit bovenop een hele reeks andere taken (steward zijn buiten, tappen, algemene verloop in de gaten houden,…) die kernleden uitvoeren tijdens het openhouden van de jeugdhuizen of het organiseren van een evenement. Door de geluidsmeter als een controlemiddel in plaats van een observatiemiddel te moeten gebruiken, krijgen kernleden van een jeugdhuis een zware extra verantwoordelijkheid waardoor hun motivatie om feestjes,… te organiseren daalt. Dat kan uiteraard niet de bedoeling zijn in een jeugdhuis, waar jongeren net de kans moeten krijgen om met vallen en opstaan zulke zaken te leren.

Dat kernleden een hele avond moeten staan zeuren is sowieso niet leuk voor hen. Maar er speelt meer: wanneer er al eens een bekendere band of dj komt spelen is het een afweging maken, want te veel zeuren maakt dat deze muzikanten niet meer komen. Ze spelen doorgaans immers gratis en kunnen best wel op andere plekken terecht waar er niet heel het optreden lang gezeurd wordt over het geluid. Bovendien zijn het vaak bands of dj’s jongeren uit de buurt die de kans krijgen te laten zien wat ze al kunnen, maar ze leren zelf volop van zo een optreden. In een jeugdhuis kunnen (en willen) we niet verwachten dat iedereen even professioneel is.

Kortweg zetten de geluidsnormen dus een domper op de sfeer tijdens evenementen in een jeugdhuis. Dit zowel bij de gasten (te stille muziek, eerder receptie dan een feestje) als bij de kernleden die organiseren (te grote druk, geen fijne rol om heel de avond tegen iedereen te moeten zeggen dat het toch nog nét een beetje stiller moet).

Dat kan uiteraard niet de bedoeling zijn in een jeugdhuis, waar jongeren net de kans moeten krijgen om met vallen en opstaan zulke zaken te leren.

3. Effect op muziekcultuur
Sommige muziekgenres zijn luid op zichzelf. Voor deze genres een repetitieruimte of een plekje op de affiche voorzien, wordt steeds vaker een huzarenstukje. Genres die nu al makkelijk de geluidsnormen overschrijden, zoeken wel naar manieren om het stiller te krijgen maar dat is een hele zoektocht. Ondertussen verdwijnen deze muziekgenres uit het aanbod van optredens en feestjes. En dat geldt niet enkel voor sommige genres, muzieklessen in het algemeen organiseren in een jeugdhuis wordt steeds moeilijker omdat deze ook vaak de decibelgrens overschrijden. Daarnaast zijn er de dj’s op een fuif die steeds moeten opletten dat ze niet te luid draaien, wat het plezier er van – en vaak de kans om als jongeren je talent te kunnen tonen- een flinke knauw geeft. Eerder werd het al aangehaald: het zijn doorgaans zeer jonge bands en dj’s die hun eerste optredens doen in een jeugdhuis en heel de organisatie er rond wordt gedragen door vrijwilligers. Hoe goed ze ook hun best doen, het niveau van een professionele technieker halen zullen ze niet. Zo gaat er heel wat muziekcultuur verloren omdat het niet meer haalbaar is te organiseren binnen de opgelegde regels en de gegeven locatie.

4. Effect op verhuur
Verhuren vormde, samen met de papierslagen, een mooie bron van inkomsten voor de vzw’s die jeugdhuizen zijn. Maar om problemen met huurders te vermijden rond geluidsnormen en overlast, nemen jeugdhuizen steeds vaker extra regels op in de verhuurovereenkomst. Ergens te begrijpen, want wanneer huurders in de fout gaan krijgen de kernleden van de jeugdhuizen de problemen bij zich. Al is het voor de kernleden moeilijk op te volgen of de huurder zich aan de normen houden. Maar daardoor wordt een verhuurovereenkomst zo streng, dat er enerzijds minder jongeren dit durven aangaan en anderzijds beginnen sommigen de overeenkomst niet meer serieus te nemen net omdat het zo extreem streng wordt. De bezorgdheid om het naleven van de normen en de strengheid van de overeenkomst, wordt ook weerspiegeld in een zeer selectieve vorm van verhuren. Zo wordt er niet meer verhuurd aan 16-jarigen, waardoor jongeren naar buurtgemeenten trekken om iets te kunnen huren. De strenge regels en het – gedwongen- selectieve verhuren, geeft de jeugdhuizen bijgevolg een slecht imago bij jongeren uit de buurt.

Natuurlijk willen de jeugdhuizen veel meer organiseren dan dat ze nu doen. Maar om de kerk in het midden te houden is er vaak maar 1 activiteit per maand, waarbij er al voor een stillere activiteit gekozen wordt. Uit respect voor de buren wordt er ook goed gekeken wanneer iets ingepland wordt, zodat ze niet elke week of enkele dagen na elkaar eventueel last van overlast zouden hebben. Dit alles samen maakt dat de verhuur en dus ook de inkomsten dalen. Wat allerlei vragen met zich mee brengt: hoe kunnen we toch weer wat meer geld in het laatje brengen? Wat als we toch eens een boete zouden krijgen?

5. Effect op outdoor evenementen
Een feestje of optreden binnen organiseren is, zoals u al doorheeft, al geen sinecure meer. Buiten iets organiseren is zo mogelijk nog veel moeilijker. Wanneer er buiten iets georganiseerd wordt, is dat vaak een groter evenement. Dat is zeer leerrijk voor jonge organisatoren want er kan een heel traject afgewerkt worden en ze kunnen in stappen groeien naar meer verantwoordelijkheid, een jeugdhuis kan er een groter publiek laten kennismaken met hun plek en jong talent krijgt een nieuwe plek om te experimenteren. Bovendien is het een uitgelezen kans om de buurt te laten kennismaken met het jeugdhuis en hen bij het hele gebeuren te betrekken. Maar…Na middernacht mag er buiten geen muziek meer zijn, ook niet wanneer het evenement in een tent,… plaats zou vinden. Dus wanneer er toch eens iets buiten georganiseerd wordt, zijn de organisatoren tegen middernacht veel publiek kwijt want buiten mag het niet meer en binnen is er te weinig plaats om het vele volk een plekje te kunnen geven.

De strenge regels en het – gedwongen- selectieve verhuren, geeft de jeugdhuizen bijgevolg een slecht imago bij jongeren uit de buurt.

6. Effect op de rol van de jeugdhuizen
Het is al vaak benoemd, maar we willen het nog een keer expliciet zeggen: een jeugdhuis is een plaats waar ontmoetingen plaats vinden én waar jongeren zoveel leren. In welke rol je ook in een jeugdhuis bent: je oefent impliciet of expliciet een heleboel vaardigheden. Van organiseren tot performen, van tappen of steward zijn tot geluidstechnische vaardigheden onder de knie krijgen. Maar de rol van de vele vrijwilligers wordt steeds complexer, er worden steeds meer taken aan toegevoegd en dat werkt uiteindelijk demotiverend. Hoe kunnen jeugdhuizen nog jongeren aantrekken en motiveren zich te engageren als er zoveel verantwoordelijkheid op hun schouders rust? Of nog: als ze als jongeren niet eens meer de kans krijgen om een eigen fuifje of concert te organiseren? De geluidsnormen onderdrukken de ruimte die er in jeugdhuizen hoort te zijn om te experimenteren met geluid.

7. Problemen op technisch vlak
Om de geluidsnormen te kunnen respecteren, is er heel wat materiaal nodig om het geluidsniveau in de gaten te kunnen houden. De jeugdhuizen zijn dankbaar dat ze deze installaties van de stad gekregen hebben, het is een grote kost die ze zelf moeilijk hadden kunnen betalen. Maar de stad heeft zelf gekozen waar de geluidsmeter hangt en dat is overal op de slechts denkbare plaatsen (boven de bar,…). De tablets lopen bovendien vaak vast of geeft een foutmelding, waardoor ze een rebooth nodig hebben maar daar hebben de kernleden geen code of gebruikersnaam voor om dit zelf te kunnen doen. Daar komt bij dat de de tablets en kabels snel stuk gaan of er verdwijnen er af en toe (die gelukkig achteraf meestal wel weer opduiken).

Sommige jeugdhuizen hebben bovendien geen vast internet, en 3G is zeer duur. Een andere opmerking is dat het een nieuwe manier om te controleren is: wanneer zijn er mensen aanwezig, openingsuren kunnen aan de hand van geluid na gegaan worden enzovoort. De jeugdhuizen hebben tevens schrik dat door het langdurig opslaan van vergaarde data, er fouten uit het verleden meegenomen zullen worden. Wat sowieso niet leuk is, overal gaat er wel eens iets mis. Maar het is voor nieuwe vrijwilligers geen leuke start. Tenslotte hebben de kernleden geen opleiding of duidelijk instructies gekregen over hoe ze met de installaties moeten omgaan (bijvoorbeeld een rebooth uitvoeren).

8. Kort samengevat
De invoering van de geluidsnormen en de bijhorende installaties in de jeugdhuizen heeft heel wat teweeg gebracht. Ondanks dat de jeugdhuizen nooit vragende partij waren, hebben ze al een jaar flink hun best gedaan om de normen na te leven. Ze ontdekten een aantal positieve effecten van de normen. Zo zijn de jeugdhuizen zeer positief over het verhaal rond het inperken van gehoorschade en willen hier zeker hun steentje in bijdragen door bijvoorbeeld oordopjes ter beschikking te stellen. Ook het goed contact met de politie om dit verhaal samen op te volgen wordt als een positief effect ervaren. En dat de normen bijdragen aan het bevorderen van het samenleven met de buurt, is ook mooi meegenomen. Maar daar zetten de jeugdhuizen sowieso sterk op in. Naast deze positieve effecten, zijn er echter ook heel wat minder leuke effecten verbonden aan de geluidsnormen.

Zo krijgt de sfeer op feestje vaak een flinke deuk omdat de muziek alsmaar stiller gezet moet worden, waardoor een fuif vaak (vroeger dan voorzien) eindigt in een receptie. Bovendien worden de kernleden hierdoor met een extra zware verantwoordelijkheid opgezadeld: voor hen is de sfeer al veel minder want zij moeten constant de meter in het oog houden én bij iedereen gaan zeuren om het stiller te houden. Hiermee gaan de jeugdhuizen niet veel nieuwe jongeren vinden die zich vrijwillig willen inzetten zodat andere jongeren in een vertrouwde omgeving hun eerste stappen in het uitgaansleven kunnen zetten. Daarnaast worden bepaalde muziekgenres uit het aanbod gehaald, met andere woorden: bepaalde jongeren kunnen hun talent niet meer ten volle ontplooien, omdat ze van zichzelf luid zijn. Ten derde stuikt de verhuur (en zo ook een belangrijke inkomstenbron) van de jeugdhuizen in elkaar door zeer strenge contracten om de problemen zo goed mogelijk te proberen te voorkomen – al kunnen kernleden de naleving van de geluidsnormen bij verhuur niet opvolgen. Daarnaast is het zeer moeilijk geworden om buiten een groter evenement te organiseren. Wat meteen een extra effect is op de rol van de jeugdhuizen. Jongeren moeten er kunnen leren en af en toe eens tegen de muur botsen, door de strenge reglementering verdwijnt de ruimte om te experimenteren met geluid maar ook alles wat er rond hangt zoals het organiseren van kleine en grotere evenementen. Tenslotte zijn er ondertussen al heel wat problemen opgedoken op technisch vlak: gaande van niet weten hoe met de installatie om te gaan en dus zelf een aantal problemen niet kunnen oplossen, tot materiaal dat snel stuk gaat.

Zo krijgt de sfeer op feestje vaak een flinke deuk omdat de muziek alsmaar stiller gezet moet worden, waardoor een fuif vaak (vroeger dan voorzien) eindigt in een receptie.

Op dit moment is de waarde van jeugdhuizen al fel verminderd. Men wilt wel vanalles organiseren maar het gaat niet of het moet elders plaats vinden. Hierbij denken we aan bijvoorbeeld een sweet sixteen party, hard core muziek, een festivalletje of de “foute” feestjes die jarenlang traditie zijn en waar steevast luidkeels meegezongen wordt. Er wordt veel uitgesloten op voorhand uit schrik om niet in orde te zijn met de normen: van bepaalde muziekgenres over een aantal feestjes tot zelfs bepaalde leeftijden. Door de extra inspanningen die gevraagd worden aan de kernleden, worden jongeren niet aangemoedigd om een dergelijk engagement op te nemen en de schrik dat jeugdhuizen zouden verdwijnen zit er dan ook in. Bovendien staat dit in schril contrast met de rest van het jeugdbeleid waarbij jonge bands gesubsidieerd worden, personeel ingezet wordt om jongeren te begeleiden bij het organiseren van evenementen enzovoort.

Ons Voorstel

Hierboven werd duidelijk dat de rode draad doorheen het verhaal van de jeugdhuizen en de geluidsnormen er eentje is met veel vragen en bezorgdheden. Hoewel de jeugdhuizen van in het begin tegen de invoering waren van de geluidsnormen in de jeugdhuizen, hebben ze dit toch een ruime tijd de kans gegeven. Maar de balans is momenteel uit evenwicht en hangt door aan de kant van de nadelen.

Daarom willen wij, de jeugdhuizen en Kabinet J, vragen om de geluidsnormen zoals ze vandaag bestaan voor de jeugdhuizen af te schaffen. Omdat we een aantal dingen wel belangrijk vinden en dit vandaag al als positieve effecten ervaren, willen we samen met de nodige partners (jeugdhuizen, stad, politie, buurt) rond de tafel gaan zitten en een jeugdhuizencharter opstellen. Dit naar analogie van het fakbarcharter dat de studentenkringen kennen. In zulk charter willen we twee doelstellingen naar voor schuiven: enerzijds het beperken van gehoorschade en anderzijds het samenleven met de buurt. Met een charter willen we hierop maximaal inzetten en tegelijkertijd als jongeren toch de ruimte krijgen om te experimenteren en te leren.

Conclusie

We hebben het afgelopen jaar duidelijk laten zien dat we willen meewerken en ons best willen doen, maar geven met dit advies aan dat het zeer moeilijk is om op de huidige manier verder te werken. We reiken bij deze de hand uit naar de stad om samen rond de tafel te gaan zitten, het gesprek aan te gaan en oplossingen te zoeken. Daarbij staan we gezamenlijk achter het idee van een jeugdhuizencharter dat we in samenspraak met de nodige diensten willen opmaken.

Jeugdhuis Sojo, jeugdhuis De Zoenk, jeugdhuis Lavado, jeugdhuis Impuls & Kabinet J

26 april 2016
Door: Kabinet J